Nieuws

22-03-2017

Actieve partner helpt om meer te bewegen bij COPD

Partners bepalen mede hoe actief mensen met COPD zelf zijn. Toch werkt de actieve leefstijl van een geliefde voor één aanstekelijker dan voor de ander. Onderzoeker Rafael Mesquita zocht uit hoe de partner en de motivatie de activiteiten van de patiënt beïnvloeden.

Kortademigheid en vermoeidheid maken het bij COPD niet altijd makkelijk om actief te zijn. Maar goed voorbeeld doet volgen, althans voor sommigen. Dit werd duidelijk uit vragenlijsten en gebruik van een bewegingsmeter in de thuissituatie door 125 koppels. Het onderzoek was onderdeel van de langlopende Home Sweet Home Study.

Partner maakt sommigen actief

Mensen met COPD zijn gemiddeld minder actief dan hun naasten en ze zitten meer. Op zich is dat niet verrassend, maar een actieve partner helpt wel om meer uit de stoel te komen en te bewegen.

Slechts 10% van de mensen met COPD behoort tot de meeste actieve groep, maar als de naaste ook zo actief is, loopt dat op naar 29%. Een groot verschil, maar nog steeds is 71% weinig actief, als de naaste dat wel is. Vooral bij deze groep zou de naaste kunnen helpen.

Motivatie

Mesquita vroeg ook naar de motivatie van patiënten en hun partners om te bewegen. Die bleek ongeveer even groot. Partners bewogen wel vaker dan patiënten omdat ze dat fijn vonden. Patiënten waren vaker actief, omdat zijzelf of anderen vonden dat dit moest. Met klachten is het namelijk lastiger om plezier te hebben tijdens het bewegen.

Hulp van de partner

Hoe actief iemand met COPD is, is van veel factoren afhankelijk. Het is niet makkelijk om gewoontes te veranderen. Naasten kunnen helpen om vaker licht actief te zijn. Na een tijdje behoren meer intensievere activiteiten dan misschien ook tot de mogelijkheden.

Beweging helpt om verergering van de klachten bij COPD tegen te gaan. De rol van familie zou volgens Mesquita dan ook meer aandacht moeten krijgen om beweging bij COPD te stimuleren.

Bron: Mesquita R et al., Activity levels and exercise motivation in COPD patients and their resident loved ones, CHEST (2017), doi: 10.1016/j.chest.2016.12.021.